ECLI:NL:HR:2016:616
Datum: 12-04-2016
Onderwerp: Verhouding bestuursrechter / strafrechter
Overige onderwerpen: Vervolging art. 197 Sr
Rechtsgebiedenregister: Vreemdelingenrecht, Strafrecht
Vindplaats: Avdr.nl
Veroordeling ex art. 197 Sr: verblijf in NL na inreisverbod. Verwerping van ttz. gevoerd verweer dat het tegen verdachte uitgevaardigde inreisverbod in strijd is met het Europees Unierecht. De HR herhaalt relevante overwegingen uit ECLI:NL:HR:2010:BL2854 m.b.t. de taakverdeling tussen straf- en bestuursrechter en de gevolgen hiervan voor verweren als i.c. gevoerd, ingeval de bestuursrechter bij onherroepelijke uitspraak heeft beslist over het inreisverbod. Het hof heeft tot uitdrukking gebracht dat de aan het verweer ten grondslag gelegde f&o niet toereikend zijn voor de gevolgtrekking dat het tegen verdachte uitgevaardigde inreisverbod evident in strijd is met rechtstreeks werkende bepalingen van Unierecht. Dit oordeel getuigt niet van een onjuiste rechtsopvatting en is toereikend gemotiveerd. CAG: anders.