ECLI:NL:CRVB:2021:242
Datum: 19-01-2021
Onderwerp: Toetsingsvolgorde
Rechtsgebiedenregister: Sociaal-zekerheidsrecht
Vindplaats: Avdr.nl
Bijzondere bijstand. Draagkracht. Beschikken. Executoriaal beslag. Het college kon in redelijkheid bij de vaststelling van de draagkracht van betrokkene in het kader van zijn aanvraag om bijzondere bijstand niet het inkomen waarop executoriaal beslag rustte in aanmerking nemen, omdat appellant daarover niet redelijkerwijs kon beschikken. Dit laat overigens onverlet dat het college in beginsel bevoegd is om aan betrokkene met toepassing van artikel 55 van de PW de verplichting op te leggen om stappen te ondernemen om het beslag te laten opheffen en om, als daartoe gronden aanwezig zijn, de te verlenen bijzondere bijstand te verlagen als betrokkene een dergelijke verplichting niet nakomt dan wel een tekortschietend besef van verantwoordelijkheid voor de voorziening in het bestaan toont.