Hoge Raad 12 maart 2024 Hoge Raad 12 maart 2024 Hoge Raad 12 maart 2024 Hoge Raad 5 maart 2024 Hoge Raad 5 maart 2024 Bekijk alles
ECLI:NL:HR:2022:358 Hoge Raad 15 maart 2022

ECLI:NL:HR:2022:358

Datum: 15-03-2022

Onderwerp: Samenloop

Rechtsgebiedenregister: Strafrecht

Vindplaats: Avdr.nl



Opzettelijk aanwezig hebben verdovende middelen (meermalen gepleegd), art. 2.C Opiumwet (feit 1), voorhanden hebben van voorwerpen om feit a.b.i. art. 10.4/10.5 Opiumwet voor te bereiden (feit 2) en medeplegen gewoontewitwassen, art. 420ter Sr (feit 3). Eendaadse samenloop of meerdaadse samenloop, art. 55.1 en 57 Sr? Belang bij cassatie? HR herhaalt relevante overwegingen uit HR:2018:831 m.b.t. eendaadse samenloop, voortgezette handeling en vrijheid van feitenrechter bij strafoplegging. ’s Hofs oordeel dat t.a.v. feiten 1 en 2 sprake is van meerdaadse samenloop is niet z.m. begrijpelijk in aanmerking genomen dat bewezenverklaarde feiten betrekking hebben op een op dezelfde tijd en plaats afspelend feitencomplex over gezamenlijkheid van voorwerpen, waarbij verdachte de in zijn woning gevonden harddrugs aanwezig had om deze te verkopen m.b.v. in woning gevonden andere voorwerpen, terwijl die harddrugs in deel van die voorwerpen was verpakt. Verder loopt strekking van betreffende strafbepalingen niet zodanig uiteen dat niet zou kunnen worden geoordeeld dat verdachte van die handelingen (in wezen) één verwijt wordt gemaakt. Dit leidt niet tot vernietiging bestreden uitspraak, aangezien door bewezenverklaring feit 3 hoe dan ook sprake is van meerdaadse samenloop. Van bewezenverklaarde feiten is op gewoontewitwassen het hoogste maximum (van 8 jaren gevangenisstraf) gesteld. Gelet op art. 57.2 Sr is toepasselijk strafmaximum dan ook onveranderd. Daarom is middel van onvoldoende belang om cassatie te rechtvaardigen.
Volgt verwerping. CAG: Er is geen sprake van 1 feitencomplex. Samenhang met 20/04042 en 20/04089.

Ga naar uitspraak
Spreker(s)

mr. Rob Baumgardt

advocaat Baumgardt Strafcassatie Advocatuur