Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 19 maart 2024 Gerechtshof Den Haag 19 maart 2024 Rechtbank Zeeland-West-Brabant 13 maart 2024 Hoge Raad 8 maart 2024 Rechtbank Midden-Nederland 6 maart 2024 Bekijk alles
ECLI:NL:RBDHA:2015:6161 Rechtbank Den Haag 1 mei 2015

ECLI:NL:RBDHA:2015:6161

Datum: 01-05-2015

Onderwerp: Algemene familie rechtelijke instrumenten

Rechtsgebiedenregister: Personen- en familierecht, Jeugdrecht civiel

Vindplaats: Avdr.nl

In 2010 heeft de vader een verzoek ingediend tot het vaststellen van een omgangsregeling. Volgens het raadsonderzoek dat in 2011 is gedaan, bestaan er aan de zijde van de vader geen contra-indicaties die het contact in de weg staan. Inmiddels zijn partijen echter al meer dan vier jaar aan het procederen over het vormgeven van het contact(herstel) tussen de vader en de minderjarigen. De ondertoezichtstelling sinds 2012 heeft in de situatie ook geen verandering kunnen brengen. Voorts heeft het tot tweemaal toe verwijzen naar Cardea Jeugdzorg voor een omgangsbegeleidingstraject – waarbij de moeder is veroordeeld tot betaling van een dwangsom per keer dat zij in gebreke blijft haar medewerking te verlenen – evenmin tot contact geleid. Nu het de taak van de rechter is om te bevorderen dat er een omgangsregeling tot stand komt en nu de rechter op grond van de uitspraak van de Hoge Raad d.d. 17 januari 2014 (ECLI:NL:HR:2014:91) desverlangd een groot aantal maatregelen kan treffen om de met het gezag belaste ouder te bewegen tot naleving van haar verplichtingen, verwijst de rechtbank partijen naar het traject Kinderen uit de Knel. De rechtbank ziet voorts in de al meer dan vier jaar durende weigerachtige houding van de moeder aanleiding om een dwangmiddel te verbinden aan de aanwezigheid en de deelname aan alle bijeenkomsten van het traject. Nu de eerder opgelegde dwangsommen niet tot het gewenste resultaat hebben geleid, acht de rechtbank het onontkoombaar om aanwezigheid bij de bijeenkomsten af te dwingen door de mogelijkheid van het inzetten van de sterke arm.

Ga naar uitspraak
Spreker(s)

mr. Johan Visser

senior rechter Rechtbank Den Haag