De Raad oordeelt dat het kenschetsen van de regeling van hoofdstuk IV van de WW als laatste redmiddel niet in overeenstemming is met de minimumbescherming die Richtlijn 2008/94/EG van het Europees parlement en de Raad van de Europese Unie van 22 oktober 2008 betreffende de bescherming van de werknemers bij insolventie van de werkgever (PB L 283, blz. 36, Insolventierichtlijn) werknemers beoogt te bieden.
Uitspraken met hetzelfde onderwerp:
-
Betalingsonmacht
- Centrale Raad van Beroep 11 september 2019 (ECLI:NL:CRVB:2019:2962)
- Centrale Raad van Beroep 28 augustus 2019 (ECLI:NL:CRVB:2019:2922)
- Centrale Raad van Beroep 22 mei 2019 (ECLI:NL:CRVB:2019:1874)
- Centrale Raad van Beroep 13 februari 2019 (ECLI:NL:CRVB:2019:473)
- Centrale Raad van Beroep 15 maart 2017 (ECLI:NL:CRVB:2017:1066)
- Centrale Raad van Beroep 14 december 2005 (ECLI:NL:CRVB:2005:AV2181)
- Hof van Justitie 5 november 2014 (ECLI:EU:C:2014:2337)
Aanmelden | Centrale Raad van Beroep 27 mei 2016
Rechtsgebiedenregister: Sociaal-zekerheidsrecht, Arbeidsrecht
Beschikt u al over een AvdR account?
Nieuw bij avdr.com? Maak een account aan