ECLI:NL:CRVB:2015:2119
Datum: 30-06-2015
Onderwerp: Gezamenlijke huishouding
Rechtsgebiedenregister: Sociaal-zekerheidsrecht
Vindplaats: Extern
Herziening AOW-pensioen. De Svb heeft een onjuiste toetsingsmaatstaf aangelegd bij de beoordeling van het gezamenlijk hoofdverblijf. Op grond van de verklaring van appellante bestaat geen reden om aan te nemen dat appellante geen hoofdverblijf had in haar eigen woning. Het onderzoek van de Svb bevat onvoldoende feitelijke grondslag voor het standpunt dat M ten tijde hier van belang zijn hoofdverblijf had in de woning van appellante. De conclusie is dat de Svb niet aannemelijk heeft gemaakt dat appellante en M ten tijde hier van belang gezamenlijk hoofdverblijf hadden in de woning van appellante of in de woning van M. De vraag of aan het criterium van wederzijdse zorg was voldaan behoeft daarom geen bespreking.