Weigering WAO-uitkering. Het dient buiten twijfel te staan dat de toegenomen arbeidsongeschiktheid voortvloeit uit een andere oorzaak, wil het bepaalde in artikel 43a van de WAO niet van toepassing zijn. De bewijslast rust op degene die het standpunt huldigt dat er geen verband bestaat tussen de eerdere en de latere uitval, in dit geval dus appellant. Aan die bewijslast voldoet appellant niet. Uit het rapport van de bezwaarverzekeringsarts kan niet zonder meer de conclusie worden getrokken dat bij de arbeidsongeschiktheid in november 2009 sprake was van een evident andere ziekteoorzaak dan die in verband waarmee betrokkene tot 12 juli 2005 een WAO-uitkering genoot. Een verwijzing naar de omstandigheden die zouden hebben geleid tot, dan wel oorzaak zouden zijn van het opleven van de depressieve klachten, zoals aangenomen door de bezwaarverzekeringsarts, is niet toereikend om buiten twijfel te stellen dat de arbeidsongeschiktheid voortkomt uit een andere oorzaak. Het bestreden besluit mist een deugdelijke medische onderbouwing.
Uitspraken met hetzelfde onderwerp:
-
- Centrale Raad van Beroep 28 april 2010 (ECLI:NL:CRVB:2010:BM2700) Zelfde oorzaak
- Centrale Raad van Beroep 11 december 2001 (ECLI:NL:CRVB:2001:AL1341) Zelfde oorzaak
-
- Centrale Raad van Beroep 20 april 2004 (ECLI:NL:CRVB:2004:AP0012) Zelfde oorzaak
Aanmelden | Centrale Raad van Beroep 6 november 2013
Kosten: gratis
Rechtsgebiedenregister: Sociaal-zekerheidsrecht, Burgerlijk procesrecht, Arbeidsrecht