Parket bij de Hoge Raad 12 januari 2024 Gerechtshof Den Haag 28 november 2023 Rechtbank Oost-Brabant 24 november 2023 Hoge Raad 17 november 2023 Rechtbank Amsterdam 17 november 2023 Bekijk alles
ECLI:NL:GHAMS:2013:1966 Gerechtshof Amsterdam 11 juli 2013

ECLI:NL:GHAMS:2013:1966

Datum: 11-07-2013

Rechtsgebiedenregister: Ondernemingsrecht

Vindplaats: LegalFlix

Uitspraak inzake schadeloosstelling onteigende effecten en vermogensbestanddelen SNS REAAL N.V. en SNS Bank N.V. De Ondernemingskamer zal deskundigen benoemen om de waarde van de onteigende effecten en vermogensbestanddelen SNS REAAL N.V. en SNS Bank N.V. te onderzoeken. Partijen worden in de gelegenheid gesteld zich uit te laten over de benoeming en over de vraagstelling aan de deskundigen. Schadeloosstelling, deskundigenberichtVolgens de Ondernemingskamer heeft de Minister de aangeboden schadeloosstelling van nul Euro voor alle onteigende effecten en vermogensbestanddelen onvoldoende toegelicht. Het is aannemelijk dat het aanbod tot een schadeloosstelling van € 0,00 geen volledige vergoeding van de door de rechthebbenden geleden schade vormt, zoals de wet voorschrijft. De Ondernemingskamer dient dan ook een hogere schadeloosstelling vast te stellen. Daartoe heeft de Ondernemingskamer behoefte aan deskundige voorlichting. Partijen mogen zich schriftelijk uitlaten over de benoeming van deskundigen en over de vraagstelling aan de deskundigen. De Ondernemingskamer geeft aan de deskundigen de volgende uitgangspunten voor de waardering. Toekomstperspectief zonder onteigeningDe deskundigen dienen uit te gaan van - het te verwachten toekomstperspectief van SNS Reaal respectievelijk SNS Bank op 1 februari 2013 (het peiltijdstip), onmiddellijk voorafgaande aan de onteigening, in de situatie dat geen onteigening zou hebben plaatsgevonden. - de prijs die de meest biedende gegadigde, gegeven dat toekomstperspectief, op het tijdstip van onteigening zou betalen bij een veronderstelde vrije verkoop van de onderscheiden effecten respectievelijk vermogensbestanddelen in het economische verkeer tussen redelijk handelende partijen op de daarvoor meest geschikte wijze en na de beste voorbereiding. In dat perspectief zijn verdisconteerd de ernst van de problemen waarin van SNS Reaal en SNS Bank op dat peiltijdstip verkeerde en voorts alle verdere feiten en omstandigheden die zich op dat tijdstip voordeden en die voor de veronderstelde koop van belang waren of konden zijn. Daartoe behoren onder meer de waarde van activa en passiva per dat tijdstip en het optreden van De Nederlandsche Bank in het kader van haar toezichthoudende taak tot aan het peiltijdstip. BeurskoersVoor de waardering van de beursgenoteerde effecten dienen deskundigen in het bijzonder acht te slaan op de beurskoers op, dan wel in de periode voorafgaande aan, het peiltijdstip. AbstraherenDe deskundigen dienen te abstraheren van het concrete voornemen tot en de voorbereidingen voor de onteigening. Zij dienen ook te abstraheren van de omstandigheid dat de Minister als gegadigde tot op zekere hoogte in een dwangpositie verkeerde, omdat SNS Bank als systeemrelevante instelling wel moest worden gered. Deskundigen mogen uiteraard gebeurtenissen en ontwikkelingen die zich na het peiltijdstip hebben voorgedaan niet in de waardering betrekken. Correctie staatssteunDe deskundigen dienen het voorts tot hun taak te rekenen om te onderzoeken of en in welke mate de door de Staat in 2008 verleende staatssteun (€ 750 miljoen waarvan nog € 565 miljoen resteert), gelet op de (resterende) terugbetalingsverplichting, de boeterente en verdere voorwaarden, per saldo – op het peiltijdstip – een waardeverhogend effect had op de onteigende effecten en vermogensbestanddelen. Dit geldt op overeenkomstige wijze voor eventuele andere steun die zou zijn verleend, bijvoorbeeld in de vorm van door de Staat verstrekte garanties. SNS Participatie Certificaten 3Het oordeel of de achterstelling deel uitmaakt van de rechten die voortvloeien uit de SNS Participatie Certificaten 3, is aan de gewone burgerlijke rechter. Voor zover de Ondernemingskamer te zijner tijd in haar eindbeschikking tot uitgangspunt zal nemen dat de SNS Participatie Certificaten 3 niet achtergesteld zijn, zal de Staat het nominale bedrag met rente dienen te betalen. Daarvoor is geen dekundigenbericht nodig. De deskundigen hoeven daarom de SNS Participatie Certificaten 3 alleen te waarderen voor zover deze als achtergesteld moeten worden beschouwd. Overige onteigende obligaties en achtergestelde vorderingen; 2:403 verklaringAlle overige te waarderen obligaties en andere vorderingen moeten als achtergesteld worden aangemerkt zoals neergelegd in de desbetreffende overeenkomsten, ook de Stichting Beheer SNS Reaal Core Tier 1 securities en de FNV Stichting lening 1997-2014. De crediteuren van de achtergestelde vorderingen op SNS Bank moeten – bij hun aanspraken uit de verklaring als bedoeld in artikel 2:403 BW op SNS Reaal – ook als achtergesteld worden beschouwd ten opzichte van de concurrente crediteuren van zowel SNS Bank als SNS Reaal. KostenHet voorschot op de kosten van het deskundigenonderzoek zal ten laste komen van de Minister. De Ondernemingskamer geeft verder een verklaring voor recht dat de Staat aan belanghebbenden de kosten verschuldigd is voor het uitvoeren van onderzoeken en het opstellen van rapporten. Volgens de Ondernemingskamer was het gelet op de gebrekkige toelichting van het aanbod en het verzoek begrijpelijk dat belanghebbenden zich genoodzaakt zagen om deskundigen in te schakelen ter voorbereiding en ondersteuning van het te voeren verweer. Tussentijds cassatieberoepDe Ondernemingskamer heeft tegen de beschikking tussentijds cassatieberoep opengesteld.

Ga naar uitspraak
Spreker(s)