Hoge Raad 22 maart 2024 Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 19 maart 2024 Hoge Raad 15 maart 2024 Hoge Raad 8 maart 2024 Hoge Raad 8 maart 2024 Bekijk alles
ECLI:NL:GHAMS:2018:2208 Gerechtshof Amsterdam 12-06-2018

ECLI:NL:GHAMS:2018:2208

Datum: 12-06-2018

Onderwerp: Belanghebbendenbegrip

Overige onderwerpen: gerechtelijke vaststelling vaderschap

Rechtsgebiedenregister: Burgerlijk procesrecht, Personen- en familierecht

Vindplaats: Avdr.nl

Artikel 1:207 BW. Ontvankelijkheid. Wie zijn ingevolge artikel 798 Rv belanghebbenden en dus ontvankelijk in hoger beroep? Aansluiting wordt gezocht bij het Procesreglement overige (Boek 1) zaken. Op grond daarvan zijn, indien het verzoek betrekking heeft op een overleden man, zijn afstammelingen belanghebbenden. De weduwe van de man op wie het verzoek betrekking heeft, die ook in hoger beroep is gekomen, is erfgenaam van de man. Anders dan ten tijde van de beschikking van de Hoge Raad van 17 mei 2013 (ECLI:NL:HR:2013:BZ3641) wordt in het procesreglement niet langer de erfgenaam van de aangewezen vader als belanghebbende aangemerkt, maar – zoals gezegd – de afstammelingen van de man. Gelet hierop en nu de positie van erfgenaam van de man in een procedure als deze op zichzelf niet een zelfstandig maar slechts een afgeleid belang met zich brengt, is de weduwe naar het oordeel van het hof geen belanghebbende en derhalve niet-ontvankelijk in haar verzoek.

Ga naar uitspraak
Spreker(s)

mr. Toine de Bie

senior raadsheer Gerechtshof Amsterdam docent Universiteit van Amsterdam

mr. Frank Hoens

onderzoeker Radboud Universiteit auteur en adviseur te Nijmegen