ECLI:NL:GHAMS:2019:2638
Datum: 02-07-2019
Onderwerp: Belanghebbenden - Bio-vader belanghebbend bij UHP; 8 EVRM
Rechtsgebiedenregister: Burgerlijk procesrecht, Personen- en familierecht
Wetsartikelen: Art. 361 Rv., Art. 798 Rv.
Vindplaats: Avdr.nl
Het hof acht de onbetwist biologische vader die niet-juridisch ouder is nu hij de kinderen niet heeft erkend, op grond van zijn family life niet-ontvankelijk inzake de ondertoezichtstelling maar ontvankelijk inzake de machtiging uithuisplaatsing omdat de uithuisplaatsing een rechtstreekse, ingrijpende inbreuk maakt op het gezinsleven van de vader en de kinderen, gelet op de substantiële feitelijke zorgtaken die de vader voor de uithuisplaatsing uitvoerde. Het hof bekrachtigt de ondertoezichtstelling maar wijst het verzoek tot machtiging uithuisplaatsing per datum beschikking af omdat thans de nadelen daarvan voor de kinderen zwaarder wegen dan de voordelen.