Gerechtshof Amsterdam 3 april 2018

ECLI:NL:GHAMS:2018:1112

Datum: 03-04-2018

Onderwerp(en): Verzoekschrift of dagvaarding

Rechtsgebiedenregister: Sociaal-zekerheidsrecht, Burgerlijk procesrecht, Arbeidsrecht

Arbeidsrecht. Ontslag op staande voet wegens wegnemen (en te eigen bate verkopen) van koperen platen van werkgever na werktijd. Werkgever vordert verklaring voor recht en schadevergoeding op grond van onrechtmatige daad. Zijn dit vorderingen zoals bedoeld in art. 7:686a lid 3 BW, die in het geding naar aanleiding van het ontslag kunnen worden ingesteld? Het hof antwoordt bevestigend. Het ontslag op staande voet wortelt in dezelfde feiten als het verweten onrechtmatig handelen en de vordering tot schadevergoeding. De daarop gestoelde vorderingen van de werkgever veronderstellen bovendien de juistheid van de ontslaggrond. Eveneens voldoende belang werkgever bij verklaring voor recht dat ontslag terecht is gegeven.

Spreker(s)

Tijn-van-Osch.jpg
mr. Tijn van Osch

senior raadsheer Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Bekijk profiel

Uitspraken met hetzelfde onderwerp: