Hoge Raad 12 maart 2024 Rechtbank Oost-Brabant 20 februari 2024 Rechtbank Midden-Nederland 13 februari 2024 Hoge Raad 13 februari 2024 Gerechtshof Den Haag 12 februari 2024 Bekijk alles
ECLI:NL:GHDHA:2020:1804 Gerechtshof Den Haag 22 september 2020

ECLI:NL:GHDHA:2020:1804

Datum: 22-09-2020

Onderwerp: Voorwerpen witwassen

Overige onderwerpen: Voorwerpen

Rechtsgebiedenregister: Strafrecht

Vindplaats: Avdr.nl


420ter Sr – medeplegen van gewoontewitwassen + 3 sub b Opiumwet - hennepteelt; GEV 43 maanden + beslag. Vernietiging. Bewezenverklaring van gewoontewitwassen van bitcoins en een geldbedrag. Het hof is van oordeel dat bitcoins, vanwege hun eigenschappen, strafrechtelijk gezien als voorwerp gekwalificeerd kunnen worden. Verdachte heeft gedurende ongeveer 2 jaren als cashtrader gehandeld in bitcoins door (via internet) bezitters van bitcoins aan te bieden hun bitcoins om te zetten in contant geld. Verdachte verkocht de verkregen bitcoins vervolgens aan cryptocurrency exchanges als Kraken of Bitstamp. Deze bedrijven betaalden verdachte uit op bankrekeningen op zijn eigen naam en die van anderen. De identiteit van zijn klanten heeft de verdachte niet vastgesteld en ook overigens hield hij geen administratie van zijn klanten bij. De verdachte hield slechts bij op welke datum hij een transactie heeft uitgevoerd, om welk bedrag het ging en de netto winst van die transactie in procenten uitgedrukt. Verdachte hanteerde een hoog commissiepercentage, sprak af op openbare plekken en het ging veelal om grote bedragen. De gedragingen van verdachte voldoen hierdoor aan meerdere onderdelen van de in 2017 door de FIU opgemaakte Witwastypologieën Virtuele betaalmiddelen, waardoor van verdachte mag worden verlangd dat hij een concrete, verifieerbare en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijke verklaring geeft dat het voorwerp niet van misdrijf afkomstig is. De door de verdachte gegeven verklaring kan niet worden aangemerkt als een dergelijke verklaring voor de niet-criminele herkomst van het geld. Die verklaring en de overgelegde stukken bieden geen reëel tegenwicht aan het vermoeden van witwassen. Het hof is van oordeel dat de bitcoins en de geldbedragen uit misdrijf afkomstig waren en dat verdachte wist van de illegale herkomst. Gelet op de periode van bijna twee jaren, de hoogte van het totaalbedrag en de bedrijfsmatige handelswijze is het hof van oordeel dat verdachte van het witwassen een gewoonte heeft gemaakt. Partiële vrijspraak van het medeplegen van hennepteelt, i.v.m. onvoldoende wettig en overtuigend bewijs voor bewuste en nauwe samenwerking. Overschrijding van de redelijke termijn.

Ga naar uitspraak
Spreker(s)