Webinars over deze uitspraak
- Online Bedrijfsruimte ex Art. 7:230a BW | Bedrijfsruimte ex Art. 7:290 BW: algemene bepalingen | Bedrijfsruimte ex Art. 7:290 BW: beëindiging van huur | Bedrijfsruimte ex Art. 7:290 BW: huurprijswijziging (mr. Harm Heynen | mr. J. van Strijen)
- Huurrecht bedrijfsruimte | Corona | Opzegging | Huurprijsvaststelling | Tekortkomingen huurder (mr. Marlies van Schoonhoven-Sloot | mr. Ferry van Schoonhoven)
Huur van kantoorruimte. Huurder laat abusievelijk na om huurovereenkomst tijdig op te zeggen terwijl het de verhuurder op grond van de feiten en omstandigheden zonder meer duidelijk heeft moeten zijn dat de huurder de huurovereenkomst niet voor een nieuwe periode van vijf jaar wilde verlengen, maar zelf al eerder dan de einddatum uit het gehuurde had willen vertrekken. Het beroep van de verhuurder op het niet correct opzeggen van de huurovereenkomst en het daardoor met vijf jaar doorlopen van de huurovereenkomst is in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar.
Spreker(s)
Uitspraken met hetzelfde onderwerp:
-
Opzegging
- Gerechtshof Den Haag 28 januari 2020 (ECLI:NL:GHDHA:2020:63)
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 4 september 2018 (ECLI:NL:GHARL:2018:7930)