ECLI:NL:GHSHE:2020:1063
Datum: 24-03-2020
Onderwerp: Artikel 7:219 BW
Overige onderwerpen: Schade, Wet Victor
Rechtsgebiedenregister: Huurrecht
Vindplaats: Avdr.nl
Veroordeling tot ontruiming van huurwoning in kort geding.Toepassing van artikel 7:219 BW? In de huurwoning zijn meerdere vuurwapens, een aanzienlijke hoeveelheid munitie en een groot contant geldbedrag aangetroffen. Volgens huurster waren deze zaken eigendom van haar volwassen en in dezelfde buurt in een eigen huurwoning wonende zoon en had zij geen aanleiding om te vermoeden dat haar zoon dergelijke zaken in haar woning zou opslaan. Het hof acht, anders dan de voorzieningenrechter (ECLI:NL:RBOBR:2019:4538, WR 2020/7) geen aanleiding aanwezig om af te wijken van de maatstaf die de Hoge Raad voor dit soort situaties heeft gegeven in de arresten van HR 22 juni 2007, ECLI:NL:HR:2007:AZ8743 en 29 mei 2009, ECLI:NL:HR:2009:BH2952. Het hof komt bij toepassing van die maatstaf voorshands tot het oordeel dat huurster zelf is tekortgeschoten in haar verplichting als huurster om ervoor te waken dat haar woning niet werd gebruikt voor de opslag van zaken die met criminaliteit samenhangen en die risico’s in het leven roepen voor de woonomgeving. Veroordeling tot ontruiming in kort geding is in dit geval gerechtvaardigd.