Arrest in kort geding na verwijzing door Hoge Raad. Inschrijver op een aanbesteding voor specialistische geestelijke jeugdgezondheidszorg geeft in de inschrijving een referent op voor wie zij op grond van een overeenkomst specialistische ggz zou hebben verleend. Het bestaan van die overeenkomst komt niet vast te staan. De vraag ligt dan voor of inschrijver haar inschrijving na indiening nog mag wijzigen of aanvullen. Het hof beantwoordt die vraag ontkennend op grond van vaste jurisprudentie van het HvJEU (HvJEU 28 februari 2018, C-523/16 en C-536/16, MA.T.I SUD, ECLI:EU:C:2018:122) en bepalingen uit de aanbestedingsstukken waarmee inschrijver zich akkoord heeft verklaard.
Uitspraken met hetzelfde onderwerp:
-
Fouten in inschrijvingen, herstelmogelijkheden
- Rechtbank Den Haag 27 juli 2020 (ECLI:NL:RBDHA:2020:8792)
-
Herstel van een fout
- Rechtbank Den Haag 13 juli 2020 (ECLI:NL:RBDHA:2020:6853)
- Rechtbank Midden-Nederland 24 juni 2020 (ECLI:NL:RBMNE:2020:2319)
- Rechtbank Noord-Nederland 27 mei 2020 (ECLI:NL:RBNNE:2020:2160)
Aanmelden | Gerechtshof 's-Hertogenbosch 29 september 2020
Rechtsgebiedenregister: Aanbestedingsrecht
Beschikt u al over een AvdR account?
Nieuw bij avdr.com? Maak een account aan