Hoge Raad 12 maart 2024 Gerechtshof Den Haag 12 februari 2024 Rechtbank Den Haag 15 december 2023 Hoge Raad 14 november 2023 Hoge Raad 14 november 2023 Bekijk alles
ECLI:NL:HR:2019:908 Hoge Raad 11 juni 2019

ECLI:NL:HR:2019:908

Datum: 11-06-2019

Onderwerp: Getuigen

Rechtsgebiedenregister: Strafrecht

Vindplaats: Extern

Poging tot zware mishandeling ex-partner, art. 302.1 Sr. Ondervragingsrecht getuige, art. 6.3.d EVRM. Aangeefster is voorafgaand aan verhoor door Rh-C overleden, terwijl het Hof haar bij politie afgelegde verklaring tot het bewijs heeft gebruikt. Vindt betrokkenheid verdachte in voldoende mate steun in andere b.m.? HR herhaalt relevante overwegingen uit ECLI:NL:HR:2017:1016 m.b.t. ondervragingsrecht en vraag wanneer bewezenverklaring in beslissende mate steunt op verklaring van een niet door verdediging ondervraagde getuige. Hof heeft als zijn oordeel tot uitdrukking gebracht dat verklaring van aangeefster bruikbaar is voor het bewijs, nu de betrokkenheid van verdachte niet in beslissende mate op die verklaring is gebaseerd maar in voldoende mate steun vindt in andere b.m. en dit steunbewijs betrekking heeft op die onderdelen van de verklaring van aangeefster die door de verdachte zijn betwist. In het licht van de inhoud van de door het Hof gebezigde b.m., - i.h.b. medische informatie m.b.t. aangeefster van huisarts, relaas van 2 verbalisanten en verklaringen van getuige en verdachte - geeft dat oordeel niet blijk van onjuiste rechtsopvatting en is het niet onbegrijpelijk. Volgt verwerping.

Ga naar uitspraak