Hoge Raad 12 maart 2024 Rechtbank Oost-Brabant 20 februari 2024 Rechtbank Midden-Nederland 13 februari 2024 Hoge Raad 13 februari 2024 Gerechtshof Den Haag 12 februari 2024 Bekijk alles
ECLI:NL:HR:2016:631 Hoge Raad 12 april 2016

ECLI:NL:HR:2016:631

Datum: 12-04-2016

Onderwerp: Alleen aanwezigheid bij uitvoering is onvoldoende voor medeplegen

Overige onderwerpen: Bewijsverweren en selectie & waardering

Rechtsgebiedenregister: Strafrecht

Vindplaats: Extern

OM-cassatie. Vrijspraak medeplegen en medeplichtigheid moord/doodslag en zware mishandeling. 1. Medeplegen. Geklaagd wordt dat het in bedwang houden van so. bezwaarlijk anders kan worden uitgelegd dan als een vorm van samenwerking met geweldpleger(s). De HR herhaalt relevante overwegingen uit ECLI:NL:HR:2004:AO5061 m.b.t. selectie- en waarderingsvrijheid van de feitenrechter en ECLI:NL:HR:2014:3474 m.b.t. vereisten voor medeplegen. HR: het Hof heeft tot uitdrukking gebracht dat de verklaring van verdachte dat hij met het in bedwang houden van so. de bedoeling had te voorkomen dat so. geweld tegen X. zou gebruiken en dat hij “X. niet in de gelegenheid zou hebben willen stellen om so. op enige wijze te mishandelen door hem korte tijd in bedwang te houden” niet onaannemelijk is. Dat oordeel is niet onbegrijpelijk en ’s Hofs oordeel dat geen sprake is geweest van een nauwe en bewuste samenwerking t.z.v. aan verdachte tlgd. feiten getuigt niet van een onjuiste rechtsopvatting en is ook niet onbegrijpelijk. 2. Medeplichtigheid. HR: gelet op hetgeen het Hof heeft vastgesteld omtrent rol verdachte en hetgeen over medeplegen is overwogen , is ’s Hofs oordeel niet onbegrijpelijk, nog daargelaten dat het in bedwang houden van het so. niet is tenlastegelegd als gedraging waaruit de medeplichtigheid mede heeft bestaan.

Ga naar uitspraak