OM-cassatie. Schuld in de zin van art. 307 Sr en art. 130 WMSr. Onder schuld als delictsbestanddeel wordt een min of meer grove of aanmerkelijke schuld verstaan. Of sprake is van dergelijke schuld in de zin van art. 307 Sr of art. 130 WMSr wordt bepaald door de manier waarop die schuld in de tenlastelegging nader is geconcretiseerd, en is voorts afhankelijk van het geheel van de gedragingen van de verdachte, de aard en de ernst daarvan en de overige omstandigheden van het geval. Het oordeel van het Hof dat wegens het ontbreken van voldoende verwijtbaarheid geen sprake is geweest van min of meer grove of aanmerkelijke schuld als in de tenlastelegging omschreven, geeft niet blijk van een onjuiste uitleg van art. 307 Sr of art. 130 WMSr.
Spreker(s)
Uitspraken met hetzelfde onderwerp:
-
OM-cassaties
- Hoge Raad 14 april 2015 (ECLI:NL:HR:2015:952)
-
Normatieve component
- Hoge Raad 29 juni 2010 (ECLI:NL:HR:2010:BL5630)