ECLI:NL:HR:2015:1525
Rechtbank:Hoge Raad
Datum: 12-06-2015
Onderwerp: Marokaans familierecht
Rechtsgebiedenregister: Personen- en familierecht
Vindplaats: Avdr.nl
Inhoudsindicatie:
Art. 81 lid 1 RO. Personen- en familierecht. Interregionaal privaatrecht. Huwelijksvermogensrecht. Toepasselijk recht, belang. Omvang van de rechtsstrijd. Gerechtelijke erkenning?
Uitspraak:
12 juni 2015
Eerste Kamer
14/04349
LZ/AS
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
[verzoekster],wonende te Curaçao,
VERZOEKSTER tot cassatie,
advocaat: mr. M.B.A. Alkema,
t e g e n
[verweerder],wonende te Curaçao,
VERWEERDER in cassatie,
niet verschenen.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [verzoekster] en [verweerder].
1Het geding in feitelijke instanties
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. het vonnis in de zaak A.R. 58148/2012 van het gerecht in eerste aanleg van Curaçao, van 18 maart 2013,
b. het vonnis in de zaak AR 58148 - H 290/2013 van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba van 27 mei 2014.
Het vonnis van het hof is aan dit arrest gehecht.
2Het geding in cassatie
Tegen het vonnis van het hof heeft [verzoekster] beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
[verweerder] heeft geen verweerschrift ingediend.
De conclusie van de Advocaat-Generaal P. Vlas strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
De advocaat van [verzoekster] heeft bij brief van 24 april 2015 op die conclusie gereageerd.
3Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
compenseert de kosten van het geding in cassatie aldus dat iedere partij de eigen kosten draagt.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, C.E. Drion en T.H. Tanja-van den Broek, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer G. de Groot op 12 juni 2015.