Hoge Raad 12 maart 2024 Rechtbank Oost-Brabant 20 februari 2024 Rechtbank Midden-Nederland 13 februari 2024 Hoge Raad 13 februari 2024 Gerechtshof Den Haag 12 februari 2024 Bekijk alles
ECLI:NL:HR:2021:1253 Hoge Raad 14 september 2021

ECLI:NL:HR:2021:1253

Datum: 14-09-2021

Onderwerp: Getuigenverzoeken

Rechtsgebiedenregister: Strafrecht

Vindplaats: Extern

Belaging (art. 285b.1 Sr) en bedreiging (art. 285.1 Sr) van medewerkers van gemeente Gouda. Post-Keskin. Afwijzing van ttz. in h.b. gedaan getuigenverzoek (4 personen) o.b.v. noodzakelijkheidscriterium. 1. Afwijzing op tz. in h.b. toereikend gemotiveerd? 2. Gebruik van getuigenverklaringen voor het bewijs. Schending ondervragingsrecht? Ad 1. HR herhaalt relevante overwegingen uit HR:2021:576 (post-Keskin) m.b.t. beoordeling van verzoeken tot oproepen en horen van getuigen door feitenrechter in situatie dat zo’n verzoek betrekking heeft op getuige t.a.v. wie verdediging het ondervragingsrecht nog niet heeft kunnen uitoefenen, terwijl deze getuige al (in vooronderzoek of anderszins) verklaring heeft afgelegd met belastende strekking. ’s Hofs oordeel dat verzoek tot horen van personen als getuigen met inachtneming van noodzakelijkheidscriterium wordt afgewezen omdat onvoldoende is onderbouwd waarom horen van belang is voor enige door hof te nemen beslissing, is niet z.m. begrijpelijk, omdat aan verzoek ten grondslag is gelegd dat verklaringen van getuigen belastend zijn voor verdachte en dat verdachte tlgd. belagingen en bedreiging betwist. Ad 2. Hof heeft er niet blijk van gegeven te hebben nagegaan of procedure in haar geheel voldoet aan het door art. 6 EVRM gewaarborgde recht op eerlijk proces. In dat verband is van belang dat hof geen overwegingen heeft gewijd aan gewicht van verklaring van de getuigen, binnen geheel van resultaten van strafvorderlijk onderzoek, voor bewezenverklaring en bestaan van compenserende factoren, terwijl uit voorgaande blijkt dat hof zijn oordeel omtrent reden dat ondervragingsrecht niet kan worden uitgeoefend m.b.t. getuige van wie verklaring voor bewijs wordt gebruikt , ontoereikend heeft gemotiveerd. De enkele omstandigheid dat hof in zijn beoordeling ook het stadium waarin verzoek is gedaan in aanmerking heeft genomen, kan zonder nadere motivering niet tot ander oordeel leiden. Volgt vernietiging en terugwijzing. CAG: anders.

Ga naar uitspraak