Hoge Raad 15 maart 2024 Hoge Raad 8 maart 2024 Hoge Raad 29 september 2023 Gerechtshof Amsterdam 26 september 2023 Rechtbank Gelderland 6 september 2023 Bekijk alles
ECLI:NL:HR:2018:698 Hoge Raad 15 mei 2018

ECLI:NL:HR:2018:698

Datum: 15-05-2018

Onderwerp: Nietigheden

Rechtsgebiedenregister: Verbintenissenrecht

Vindplaats: Extern

Overtreding APV Den Haag. Ktr in Rb heeft in stempelvonnis eerder uitgevaardigde strafbeschikking vernietigd en verdachte schuldig verklaard zonder oplegging van straf. Vonnis aangetekend op wijze als in wet voorzien? Art. 395.2 en 395a.1 Sv en art. 2 Regeling aantekening mondeling vonnis. Ktr heeft in het p-v van de tz. wat betreft de uitspraak volstaan met een verwijzing naar een gewaarmerkte aantekening a.b.i. art. 395a.1 Sv (stempelvonnis). In deze aantekening ontbreken o.m. gebezigde b.m. en andere gronden voor de bewezenverklaring. Vonnis Ktr voldoet aldus niet aan eisen van art. 395.2 Sv jo. art. 2 Regeling aantekening mondeling vonnis. Volgt vernietiging en terugwijzing. CAG maakt voorafgaande opmerkingen over ontvankelijkheid cassatieberoep: Omstandigheid dat Rb cassatie-akte niet onverwijld heeft opgemaakt, kan verdachte niet worden tegengeworpen.

Ga naar uitspraak