Rechtbank Amsterdam 26 maart 2025 Hoge Raad 14 maart 2025 Parket bij de Hoge Raad 21 februari 2025 Parket bij de Hoge Raad 7 februari 2025 Rechtbank Amsterdam 5 februari 2025 Bekijk alles
ECLI:NL:HR:2018:207 Hoge Raad 16 februari 2018

ECLI:NL:HR:2018:207

Datum: 16-02-2018

Onderwerp: Uit de conclusie van Hartlief voor HR 16 februari 2018, ECLI:NL:HR:2018:207, NJ 2018,100
De rechtspraak is – niet verrassend nu de omstandigheden van het geval bepalend zijn – nogal casuïstisch. Naast de reeds besproken (wan)verhouding
tussen schade en b

Overige onderwerpen: Matiging van de bedongen boete
Artikel 6:94 lid 3: lid 1 is dwingend recht (waarom dan toch uitsluiten?)
Angst voor matiging?
HR 27 april 2007, ECLI:NL:HR:2007:AZ6638 (Intrahof/Bart Smit).
Terughoudend zie Parl.Gsch
HR 13 juli 2012, ECLI:NL:HR:2012:BW498, Matiging van de bedongen boete, Voorwaarden voor ontbinding van wederkerige overeenkomst. Verhouding tussen hoofdregel en tenzij-bepaling. Rechtspraak

Rechtsgebiedenregister: Verbintenissenrecht, Ondernemingsrecht, Letselschaderecht, Burgerlijk procesrecht, Vastgoedrecht

Vindplaats: Avdr.nl, LegalFlix

Overeenkomstenrecht. Boetebeding. Maatstaf voor matiging op grond van art. 6:94 BW. HR 27 april 2007, ECLI:NL:HR:2007:AZ6638, NJ 2007/262.

Ga naar uitspraak
Spreker(s)

mr. dr. Jaap Dammingh

hoofddocent burgerlijk recht Radboud Universiteit Nijmegen