Verbintenissenrecht; verjaring. Vordering op rechtspersoon die na faillietverklaring door insolventie is ontbonden en vervolgens is opgehouden te bestaan (art. 2:19 lid 1, onder c, en lid 6 BW), terwijl de mogelijkheid bestaat dat de vereffening in faillissement wordt heropend (art. 194 Fw). Geldt gedurende de periode dat de rechtspersoon is opgehouden te bestaan, voor de verjaring een verlengingsgrond als bedoeld in art. 3:320 BW?
Aanmelden | Hoge Raad 17 juli 2020
Kosten: gratis
Rechtsgebiedenregister: Verbintenissenrecht, Ondernemingsrecht, Transport- en handelsrecht, Financieel recht, Verzekeringsrecht, Insolventierecht, Vastgoedrecht