Hoge Raad 12 maart 2024 Hoge Raad 12 maart 2024 Hoge Raad 12 maart 2024 Hoge Raad 5 maart 2024 Hoge Raad 5 maart 2024 Bekijk alles
ECLI:NL:HR:2013:BZ9992 Hoge Raad 17 september 2013

ECLI:NL:HR:2013:BZ9992

Datum: 17-09-2013

Onderwerp: Voorbereidend onderzoek

Rechtsgebiedenregister: Strafrecht

Vindplaats: Extern

Puttense moordzaak II. 1. Verwerping verweer. 2. Salduz. 3. Herhaald verzoek horen deskundigen. 4. Samenloop. Ad 1. Indien de aan het verweer en middel ten grondslag liggende stellingen dat de in 1994 in de DNA-databank opgenomen sporendragers volgens de destijds geldende regels verwijderd en vernietigd hadden behoren te zijn dan wel ten onrechte niet alle sporendragers zijn bewaard juist zijn, dan kan dat niet de gevolgtrekking dragen dat zulke een vormverzuim oplevert dat is begaan i.h.k.v. het voorbereidend onderzoek a.b.i. art. 359a Sv naar de in deze zaak tenlastegelegde en bewezenverklaarde feiten. Ad 2. HR herhaalt HR ECLI BH3079. Het middel mist feitelijke grondslag v.zv. het middel klaagt dat het Hof de 1e, 2e en 3e verklaring van de verdachte voor het bewijs heeft gebezigd. Wat betreft de overige verklaringen van verdachte kan het middel niet tot cassatie leiden, nu het hof die verklaringen slechts heeft betrokken bij de beoordeling van verdachtes (niet aannemelijk bevonden) lezing van de gebeurtenissen, nog daargelaten dat verdachte die overige verklaringen heeft afgelegd nadat hij een advocaat heeft kunnen raadplegen en hem de cautie was gegeven. Ad 3. Het middel klaagt terecht dat he Hof geen beslissing heeft genomen t.a.v. het herhaalde verzoek. In aanmerking genomen dat het Hof eerder het verzoek gemotiveerd heeft afgewezen en bij het herhaalde verzoek niet is ingegaan op ’s Hofs motivering van de afwijzing en zonder dat een beroep is gedaan op nieuwe f&o heeft verdachte geen rechtens te respecteren belang bij zijn klacht. Ad 4. HR herhaalt HR ECLI AS5556 m.b.t. de samenloopbepalingen. Toepassing van de in dat arrest neergelegde overwegingen brengt met zich dat de maximaal op te leggen tijdelijke gvs i.v.m. eerdere veroordelingen i.c. (afgerond) 16 jr en 9 mnd kon bedragen. De HR doet de zaak zelf af en legt verdachte een gvs van 16 jr op, vermindert met een half jaar i.v.m. de overschrijding van de redelijke termijn.

Ga naar uitspraak