Hoge Raad 12 maart 2024 Hoge Raad 12 maart 2024 Hoge Raad 12 maart 2024 Hoge Raad 5 maart 2024 Hoge Raad 5 maart 2024 Bekijk alles
ECLI:NL:HR:2017:66 Hoge Raad 24 januari 2017

ECLI:NL:HR:2017:66

Datum: 24-01-2017

Onderwerp: Taakstraf

Rechtsgebiedenregister: Strafrecht, Jeugdrecht strafrecht

Vindplaats: Extern

Oplegging taakstraf, art. 22b.1 Sr. Mede gelet op de wetsgeschiedenis is o.g.v. art. 22b.1 aanhef en onder a, Sr een taakstraf alleen uitgesloten indien daadwerkelijk een ernstige inbreuk is gemaakt op de lichamelijke integriteit van het slachtoffer. Of daarvan sprake is hangt af van de omstandigheden van het geval. Op zichzelf neemt het middel terecht tot uitgangspunt dat art. 22b.1 aanhef en onder a, Sr slechts van toepassing is in geval van een daadwerkelijk ernstige inbreuk op de lichamelijke integriteit van het slachtoffer. Het middel klaagt echter tevergeefs dat het Hof de strafoplegging niet toereikend heeft gemotiveerd. Het middel miskent dat het Hof de strafoplegging niet alleen heeft gebaseerd op zijn oordeel over de gevolgen die het desbetreffende zedendelict heeft gehad voor het slachtoffer, maar dat het Hof aan de strafoplegging mede ten grondslag heeft gelegd dat het opleggen van een taakstraf niet passend is gelet op de ernst van de beide bewezenverklaarde feiten.

Ga naar uitspraak