ECLI:NL:HR:2006:AX5479
Datum: 03-10-2006
Onderwerp: Verweer 350 Sv
Rechtsgebiedenregister: Strafrecht
Vindplaats: Extern
Motivering hogere straf dan gevorderd. De wet waarbij art. 359.7 Sv is vervallen is op 1-1-05 in werking getreden en is van toepassing op zaken waarin het onderzoek ter terechtzitting na 1-1-05 is gesloten, zoals i.c. HR herhaalt toepasselijke overwegingen uit HR NJ 2006, 393. Indien het gaat om een uitdrukkelijk onderbouwd OM-standpunt, kan verdachte in cassatie in de regel niet met vrucht klagen over de nadere (of ontbrekende) motivering van de afwijking van dat standpunt. Verdachte mist i.h.a. een rechtens te respecteren belang bij zo een klacht. Hetzelfde geldt voor het OM t.a.v. uitdrukkelijk onderbouwde standpunten van verdachte. De enkele ex art. 311.1 Sv overgelegde vordering van het OM levert geen uitdrukkelijk onderbouwd standpunt ex art. 359.2 Sv op. Afwijking van die enkele vordering behoeft derhalve niet op die grond nader te worden gemotiveerd. Dit neemt niet weg dat zich het geval kan voordoen dat de door de rechter opgelegde straf in die mate afwijkt van de vordering dat de strafoplegging zonder opgave van de redenen die tot die afwijking hebben geleid, onbegrijpelijk zou zijn. I.c. (vordering 3 maanden gevangenisstraf: 4 maanden opgelegd) verwerpt de HR het beroep.