Hoge Raad 12 maart 2024 Rechtbank Oost-Brabant 20 februari 2024 Rechtbank Midden-Nederland 13 februari 2024 Hoge Raad 13 februari 2024 Gerechtshof Den Haag 12 februari 2024 Bekijk alles
ECLI:NL:HR:2020:1957 Hoge Raad 8 december 2020

ECLI:NL:HR:2020:1957

Datum: 08-12-2020

Onderwerp: Jurisprudentie procesrecht en diversen

Rechtsgebiedenregister: Strafrecht, Jeugdrecht strafrecht

Vindplaats: Avdr.nl

Woninginbraak in de nachtelijke uren (art. 311.1 Sr) en diefstal d.m.v. valse sleutel door geld te pinnen met de bij die woninginbraak weggenomen pinpassen(art. 311.1.5 Sr). Heeft het hof in strijd met art. 14c Sr de invulling van het opgelegde locatiegebod ten onrechte in zijn geheel overgelaten aan de reclassering? HR: Uit de wetsgeschiedenis volgt dat de rechter “de reikwijdte van een locatiegebod” dient te bepalen en de duur van het daaraan verbonden elektronisch toezicht moet vaststellen. Wetgever heeft verder met het oog op rechtszekerheid en doeltreffende invulling en uitvoering van het reclasseringstoezicht t.a.v. alle bijzondere voorwaarden beoogd dat de rechter deze in zijn vonnis “zo gedetailleerd mogelijk” omschrijft. Dat de reclassering ten behoeve van adequate invulling van het toezicht daarbij de ruimte heeft een op de situatie toegesneden invulling aan dit toezicht te geven, neemt immers niet weg dat het aan de rechter is te bepalen binnen welke begrenzingen een op te leggen locatiegebod - dat in potentie kan resulteren in een zeer aanzienlijke vrijheidsbeperking - kan worden ingevuld. De door het hof opgelegde bijzondere voorwaarde betreffende het locatiegebod houdt in dat veroordeelde gedurende de proeftijd “op vooraf door de reclassering vastgestelde tijdstippen” aanwezig dient te zijn op het in het arrest genoemde adres. Gelet op wat is overwogen, is deze voorwaarde in strijd met art. 14c.2.7º Sr, omdat in deze voorwaarde de beslissing over de frequentie van de beperkingen van de bewegingsvrijheid waaraan verdachte gedurende de proeftijd wordt onderworpen, en over de totale duur van die beperkingen, geheel wordt overgelaten aan de reclassering. Volgt partiële vernietiging t.a.v. strafoplegging en terugwijzing.

Ga naar uitspraak
Spreker(s)

mr. Rob ter Haar

plaatsvervangend rechter Rechtbank Overijssel docent Universiteit Utrecht