Gerechtshof Den Haag 12 februari 2024 Parket bij de Hoge Raad 12 januari 2024 Gerechtshof Den Haag 28 november 2023 Rechtbank Oost-Brabant 24 november 2023 Hoge Raad 17 november 2023 Bekijk alles
ECLI:NL:RBARN:2011:BQ6437 Rechtbank Arnhem 4 mei 2011

ECLI:NL:RBARN:2011:BQ6437

Datum: 04-05-2011

Onderwerp: Pre -contractuele fase

Rechtsgebiedenregister: Ondernemingsrecht, Financieel recht

Vindplaats: Extern

De voorzieningenrechter oordeelt voorshands dat partijen geen volledige overeenstemming hebben bereikt over de inhoud van de gehele Amendment Agreement (en de daarbij behorende Charter Agreement) noch over alle essentialia van die overeenkomst en voorts dat Nikko er niet gerechtvaardigd op mocht vertrouwen dat partijen overeenstemming hadden bereikt over die overeenkomst in zijn geheel, althans over alle essentialia daarvan. Dit betekent dat vooralsnog niet kan worden uitgegaan van het bestaan van een overeenkomst, de Amendment Agreement (en de daarbij behorende Charter Agreement), tussen partijen, zodat de primaire vordering van Nikko die daarop is gebaseerd, dient te worden afgewezen. Verder wordt geoordeeld dat de eis van Nikko om door te onderhandelen over de Amendment Agreement (en de daarbij behorende Charter Agreement) op basis van de vaste wisselkoersdatum 24 december 2010 niet gerechtvaardigd is. Partijen hebben echter lang, sinds 2008, met elkaar onderhandeld over de gerezen problemen uit de Loan Agreement en de Additional Agreement. Gelet op de omstandigheden heeft Nikko er gerechtvaardigd op mogen vertrouwen dat er een overeen¬komst (de Amendment Agreement) tot stand zou komen, zodat het door ECH afbreken van de onderhandelingen over die overeenkomst onaanvaardbaar is. Partijen zijn gelet op de bestaande langdurige samenwerkingsrelatie waaraan zij feitelijk nog steeds uitvoering geven duidelijk op elkaar aangewezen, zodat zij moeten dooronderhandelen over de uitwerking van de Loan Agreement en de Additional Agreement (de “Back Letter”), al dan niet in de vorm van een vaststellingsovereenkomst (de Amendment Agreement). De voorzieningenrechter zal dan ook ECH bevelen om door te onderhandelen op basis van de hierna te vermelden uitgangspunten, totdat door partijen overeenstemming is bereikt, dan wel door de bevoegde geschilbeslechter, hetzij een bodemrechter hetzij een arbiter, onherroepelijk is beslist in het geschil tussen partijen.

Ga naar uitspraak