Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 19 maart 2024 Gerechtshof Den Haag 19 maart 2024 Rechtbank Zeeland-West-Brabant 13 maart 2024 Hoge Raad 12 maart 2024 Hoge Raad 12 maart 2024 Bekijk alles
ECLI:NL:RBDHA:2020:9018 Rechtbank Den Haag 14 september 2020

ECLI:NL:RBDHA:2020:9018

Datum: 14-09-2020

Onderwerp: Uithuisplaatsing

Rechtsgebiedenregister: Personen- en familierecht, Strafrecht, Jeugdrecht civiel, Jeugdrecht strafrecht

Vindplaats: Extern

Naarmate een pleeggezinplaatsing in het gedwongen kader langer duurt, wordt steeds belangrijker dat duidelijk geregeld is welke bevoegdheden de ouders (nog) hebben, welke de GI die belast is met de uitvoering van de maatregelen en welke bevoegdheden de pleegouders en het pleegkind hebben. Hoe bijvoorbeeld te handelen als pleegouders met hun pleegkind uitstapjes willen maken of voor korte of langere duur op vakantie willen, al dan niet naar het buitenland, en de ouders van dat pleegkind daarvoor geen toestemming geven? Is die toestemming wel nodig, kunnen de pleegouders daar eventueel zelfstandig over beslissen en/of valt dat onder de reikwijdte van de machtiging tot uithuisplaatsing, zodat de instemming van de GI voldoet? Kinderrechters blijken van mening te verschillen over deze kwestie. Om die reden heeft de rechtbank het voornemen prejudiciële vragen te stellen aan de Hoge Raad. De rechtbank heeft een aantal vragen geformuleerd en de ouders en de GI worden in de gelegenheid gesteld daarop te reageren voordat deze aan de Hoge Raad worden voorgelegd.

Ga naar uitspraak