Hoge Raad 2 februari 2024 Hoge Raad 8 december 2023 Gerechtshof 's-Hertogenbosch 30 november 2023 Rechtbank Noord-Nederland 24 november 2023 Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 23 november 2023 Bekijk alles
ECLI:NL:RBDHA:2019:4075 Rechtbank Den Haag 18 april 2019

ECLI:NL:RBDHA:2019:4075

Datum: 18-04-2019

Onderwerp: Titel 14 Boek 1 BWVormen van gezag: Ouderlijk gezag: al dan niet gezamenlijk  eenoudergezag c.q. gezamenlijk ouderlijk gezag zie ook 1:253aa BW  Gezamenlijk gezag (253t -gezag): zie ook 1:253sa BW Vormen van gezag over minderjarigen I 8

Rechtsgebiedenregister: Personen- en familierecht, Jeugdrecht civiel

Vindplaats: Extern

Omgang en wijziging gezagDe rechtbank heeft een onafhankelijk deskundigenonderzoek gelast om o.a. inzicht te krijgen in de vaardigheden van ouders, de mogelijkheden tot verbetering van de situatie en welke contactregeling het meest in het belang van de minderjarige moet worden geacht. Uit de rapportages van de onderzoekers en de bijzondere curator blijkt dat beide ouders geschikte opvoeders zijn, maar dat er geen mogelijkheden meer zijn voor verbetering in de communicatie tussen hen. Niettemin vinden zij dat tegemoet moet worden gekomen aan de wens van (ook) de minderjarige om weer tot een gelijkwaardige verdeling van omgang met haar ouders te komen. Er wordt parellel solo-ouderschap met een 50/50-regeling geadviseerd waarbij de communicatie tussen de ouders uiterst beperkt blijft en voornamelijk verloopt via een onafhankelijke derde. De rechtbank overweegt o.a. dat voor parallel solo-ouderschap vereist is dat ouders zich strikt houden aan uitgeschreven plannen of gerechtelijke uitspraken. De rechtbank ziet teveel contra-indicaties om de regeling uit te breiden tot een 50/50-regeling gelet op het verloop van de omgangscontacten tussen de vader en minderjarige tot nu toe. Om toch enigszins tegemoet te komen aan de wensen van minderjarige en de vader om meer contact met elkaar te hebben, ziet de rechtbank aanleiding een iets ruimere regeling vast te stellen. Verder wijst de rechtbank het verzoek van de moeder het gezamenlijk gezag te beëindigen en te bepalen dat zij voortaan het eenhoofdig gezag zal hebben, toe. Ouders zijn niet (langer) in staat tot een behoorlijke gezamenlijke gezagsuitoefening en de minderjarige zit klem tussen haar ouders. Gelet op het feit dat de rechtbank de onderhavige uitspraak niet aan de minderjarige in persoon zal uitleggen, verzoekt de rechtbank de bijzondere curator deze met de minderjarige te bespreken binnen vier weken.

Ga naar uitspraak