Rechtbank Noord-Holland 9 januari 2024 Rechtbank Overijssel 27 november 2023 Rechtbank Den Haag 23 november 2023 Rechtbank Noord-Holland 31 oktober 2023 Rechtbank Overijssel 24 oktober 2023 Bekijk alles
ECLI:NL:RBDHA:2021:2717 Rechtbank Den Haag 26 februari 2021

ECLI:NL:RBDHA:2021:2717

Datum: 26-02-2021

Onderwerp: Processueel ondeelbare rechtsverhouding

Rechtsgebiedenregister: Aanbestedingsrecht

Vindplaats: Avdr.nl



Kort geding. Aanbesteding. Eiseres heeft niet alle bij de aanbesteding betrokken aanbestedende diensten gedagvaard. Dit leidt niet tot niet-ontvankelijkheid. Gedaagde heeft zelf onduidelijkheid gecreëerd in de aanbestedingsstukken we er in geval van een kort geding gedagvaard moet worden. Gezien deze door gedaagde zelf gecreëerde onduidelijkheid lag het op haar weg om elke inschrijver die ten onrechte alleen haar dagvaardt erop te wijzen dat tevens de deelnemende gemeenten in het kort geding betrokken moeten worden en de betreffende inschrijver in overweging te geven daartoe alsnog over te gaan. Bij gebreke daarvan kan geen beroep gedaan worden op niet-ontvankelijkheid. Dat eiseres de mogelijkheid van tussenkomst in een ander kort geding over dezelfde aanbesteding onbenut heeft gelaten levert geen misbruik van procesrecht op.
Vorderingen worden afgewezen. Rechtsverwerking. Winnende inschrijving is niet irreëel. Geen strijd met algemene beginselen van behoorlijk bestuur / aanbestedingsbeginselen. Voorlopige gunningsbeslissing voldoet aan de motiveringsvereisten.

Ga naar uitspraak
Spreker(s)

mr. Babette Blaisse-Verkooyen

advocaat en partner Pot Jonker Advocaten