Hoge Raad 22 maart 2024 Hoge Raad 15 maart 2024 Hoge Raad 8 maart 2024 Hoge Raad 1 maart 2024 Hoge Raad 16 februari 2024 Bekijk alles
ECLI:NL:RBMNE:2016:6363 Rechtbank Midden-Nederland 30 november 2016

ECLI:NL:RBMNE:2016:6363

Datum: 30-11-2016

Uitspraak naam: Erven Koen Everink

Onderwerp: Dwangsom

Rechtsgebiedenregister: Burgerlijk procesrecht

Vindplaats: Extern

De 29-jarige man die verdacht wordt van de moord op Koen Everink moet een bedrag van 23.850 euro terugbetalen aan de nabestaanden van Koen Everink, zo oordeelt de voorzieningenrechter van de rechtbank Midden-Nederland. Twee leningenDe nabestaanden van Everink eisten in een kort geding terugbetaling van twee leningen. De gedaagde zou 27.750 euro van Koen Everink hebben geleend, en 40.000 van Tunga Holding, het bedrijf van Everink. Volgens hen had hij van de 27.750 euro een bedrag van 1.700 terugbetaald en zou er dus nog een bedrag van 26.050 euro openstaan. Lening EverinkDe gedaagde vindt dat de genoemde bedragen niet kloppen. Hij zegt dat hij drie aflossingen heeft gedaan en dat hij en Everink van het geleende bedrag samen 8.000 euro vergokt hebben, waarbij is afgesproken dat zij beiden de helft van het verlies zouden dragen. In totaal zou hij daarom nog 13.850 euro van de 27.750 euro moeten terugbetalen. Lening bedrijfDe man erkent dat hij een bedrag van 40.000 euro heeft geleend, maar stelt dat hij 10.000 moet terugbetalen. Volgens hem hebben hij en Everink samen een groot deel van de lening vergokt en zou Everink 30.000 euro van het verlies op zich nemen. Erkenning leningDe rechter moet in een kort geding terughoudend zijn met het toewijzen van geldvorderingen, omdat in een bodemprocedure altijd anders kan worden geoordeeld. De rechter heeft alleen de bedragen toegewezen die door de gedaagde zijn erkend. Dat is een bedrag van 23.850 euro. De rest van de eis wees de rechter af, omdat niet met zekerheid gezegd kan worden dat stellingen van de gedaagde niet kloppen.

Ga naar uitspraak