Verzoek van werkneemster om billijke vergoeding na opzegging met toestemming UWV afgewezen.
Samenvatting: Werkneemster was in dienst bij werkgeefster vanaf 2008. Haar functie was vervallen en de arbeidsovereenkomst was met toestemming van UWV van 23 maart 2016 opgezegd. Zij verzoekt om toekenning van een billijke vergoeding wegens ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van werkgeefster. Werkneemster had in de functie van HR medewerker herplaatst moeten worden. Bij die functie horen echter 11 taken die werkneemster in haar functie niet verrichtte en zij voldeed niet aan twee functie-eisen. Nu de functie van HR medewerker niet als passend kwalificeert, had werkgeefster deze niet hoeven aanbieden aan werkneemster, nog afgezien van het feit dat de tijdelijke arbeidsovereenkomst van degene die de functie vervulde waarin werkneemster herplaatst wilde worden pas eindigde per 30 juni 2016.
Spreker(s)
Uitspraken met hetzelfde onderwerp:
-
Herplaatsing
- Rechtbank Gelderland 13 april 2021 (ECLI:NL:RBGEL:2021:2534)
- Rechtbank Overijssel 9 juni 2020 Centric Netherlands B.V. (ECLI:NL:RBOVE:2020:2129)
- Gerechtshof Amsterdam 20 augustus 2019 Under Amour Europe BV/werknemer (ECLI:GHAMS:2019:3081)
- Hoge Raad 12 oktober 2018 (ECLI:NL:PHR:2018:1159)
- Gerechtshof Den Haag 19 september 2017 (ECLI:NL:GHDHA:2017:2654)
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 25 april 2016 (ECLI:NL:GHARL:2016:3301)
- Rechtbank Midden-Nederland 18 maart 2016 (ECLI:NL:RBMNE:2016:1425)
-
Gedeeltelijke beëindiging arbeidsovereenkomst
- Hoge Raad 17 april 2020 SIPOR (ECLI:NL:HR:2020:749)
-
Herplaatsingsverplichting
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch 27 juli 2017 (ECLI:NL:GHSHE:2017:3470)
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant 30 maart 2016 (ECLI:NL:RBZWB:2016:1838)
- Rechtbank Midden-Nederland 21 december 2005 (ECLI:NL:RBMNE:2015:9189)
-
Herplaatsing
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch 28 januari 2021 (ECLI:NL:GHSHE:2021:236)
-
Ontslag wegens langdurige arbeidsongeschiktheid
- Gerechtshof Amsterdam 9 juli 2019 (ECLI:NL:GHAMS:2019:2402)
-
Wanneer is tijdig in kennis stellen?
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 3 februari 2016 (ECLI:NL:GHARL:2016:761 )