Rechtbank Noord-Holland 5 oktober 2020

ECLI:NL:RBNHO:2020:8397

Datum: 05-10-2020

Onderwerp(en): Overzicht uitspraken: Uithuisplaatsing

Rechtsgebiedenregister: Personen- en familierecht, Jeugdrecht civiel

Betreft weekenduithuisplaatsing

De GI heeft verzocht een (gedeeltelijke) machtiging te verlenen om de kinderen uit huis te plaatsen gedurende dag en nacht in een accommodatie van een zorgaanbieder. De vader doet heel erg zijn best om de kinderen te verzorgen en op te voeden maar hij zit aan zijn grens voor wat betreft opvoedvaardigheden. De kinderen hebben vanwege hun eigen problematiek meer nodig voor hun sociaal-emotionele ontwikkeling dan de vader kan bieden. De kinderrechter is van oordeel dat er extra ondersteuning nodig is in de vorm van een pleeggezin of een accommodatie jeugdhulpaanbieder, waar de kinderen in het weekend heen kunnen. De angst van de vader, dat weekendplaatsing de opmaat is naar een volledige uithuisplaatsing, lijkt hem te belemmeren neutraal te kijken naar het nut en de noodzaak van zo’n weekendplaatsing. Hoewel door ouders ontkend, heeft de GI aangegeven dat de kinderen juist positief staan tegenover een weekendplaatsing.

De kinderrechter is va oordeel dat een gedeeltelijke uithuisplaatsing van [minderjarige 1], [minderjarige 2] en [minderjarige 3] noodzakelijk is in het belang van hun verzorging en opvoeding (artikel 1:265b, eerste lid, Burgerlijk Wetboek). Zoals ter zitting besproken moet de vader ook de gelegenheid hebben om in het weekend samen met de kinderen iets te doen. Dat kan niet als de kinderen elk weekend buitenshuis logeren. De kinderrechter zal het verzoek daarom gedeeltelijk toewijzen en bepalen dat de kinderen in ieder geval tot 1 maart 2021, om het weekend naar een pleeggezin of een accommodatie jeugdhulpaanbieder gaan. Ook deze plaatsing dient opgebouwd te worden van één keer per maand naar om het weekend. De kinderrechter vertrouwt erop dat door de machtiging uitdrukkelijk te beperken tot één weekend in de twee weken, er rust ruimte ontstaat voor de vader om in het belang van de kinderen medewerking te verlenen en daarmee te proberen juist volledige uithuisplaatsing te voorkomen. Toewijzing van het gehele verzoek schept voor de ouders op dit moment te veel onzekerheid. Mocht de weekendplaatsing onvoldoende soelaas bieden en de situatie van de kinderen daartoe aanleiding geven, dan zal de GI een nieuw verzoek kunnen indienen.

Spreker(s)

Ellen-van-kalveendoek-1.jpg
mr. Ellen van Kalveen

senior rechter Rechtbank Midden-Nederland voorzitter expertgroep jeugdrechters

Bekijk profiel

Uitspraken met hetzelfde onderwerp: