ECLI:NL:RBOBR:2021:1464
Datum: 31-03-2021
Onderwerp: Verweer
Rechtsgebiedenregister: Strafrecht
Vindplaats: Avdr.nl
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan de moord op een 48-jarige vrouw door haar te wurgen. Het verweer dat er sprake van zelfdoding zou zijn verwerpt de rechtbank. Verdachte worden veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 20 jaren. De vorderingen die de moeder, de zoon en dochter van het slachtoffer als benadeelde partij hebben ingediend ter vergoeding van door hen geleden affectieschade, worden voor elk van hen toegewezen tot een bedrag van € 17.500,--. De vordering van de broer van het slachtoffer als benadeelde partij wordt afgewezen omdat hij niet tot de kring van gerechtigden behoren die wettelijk gezien aanspraak op vergoeding van affectieschade hebben.