Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 18 juli 2023 Gerechtshof Den Haag 11 juli 2023 Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 4 juli 2023 Rechtbank Noord-Nederland 2 juni 2023 Gerechtshof Den Haag 30 mei 2023 Bekijk alles
ECLI:NL:RBROT:2021:2731 Rechtbank Rotterdam 31 maart 2021

ECLI:NL:RBROT:2021:2731

Datum: 31-03-2021

Onderwerp: Seachill / Samskip Bewijslastverdeling ladingschade onder HVR :

Rechtsgebiedenregister: Transport- en handelsrecht

Vindplaats: Extern

Zeevervoer onder cognossement. Ladingschade. Ingevolge artikel III HVR is de vervoerder gehouden om redelijke zorg te betrachten voor de zeewaardigheid van het schip vóór en bij de aanvang van de reis, inclusief de ladinggeschiktheid (lid 1). Voorts is de vervoerder gehouden om redelijke zorg te betrachten voor de behandeling van de lading, behoudens andere regeling inclusief laden, stuwen en lossen, gedurende de gehele aansprakelijkheidsperiode van de vervoerder (lid 2). De vervoerder is ten aanzien van de naleving van deze verplichtingen ook aansprakelijk voor zijn hulppersonen. De vervoerder kan zijn aansprakelijkheid alleen maar ontlopen als hij een van de bevrijdende gebeurtenissen van artikel IV (2) HVR en het causale verband tussen deze gebeurtenis en de schade bewijst. Hiertegenover staat dat de ladingbelanghebbende overeenkomstig de hoofdregel van artikel 150 Rv moet stellen en, zo nodig, bewijzen dat de schade is voorgevallen tijdens de (dwingendrechtelijke) vervoersperiode en dus dat de lading in goede staat is ontvangen ten vervoer

Ga naar uitspraak