Art. 7:177, lid 1, BW. Pas bij overlijden opeisbare schuldigerkenning uit vrijgevigheid vervalt door het overlijden omdat zij niet ertoe strekt te worden uitgevoerd bij leven van schenker.
Uitspraken met hetzelfde onderwerp:
-
‘Kasrondje’
- Rechtbank Noord-Holland 4 september 2020 (ECLI:NL:RBNHO:2020:6882)
-
De schenking terzakedes doods
- Rechtbank Rotterdam 21 augustus 2020 (ECLI:NL:RBROT:2020:7170)