De Hoge Raad besproken: Heusdense vordering II

In 2017 wees de Hoge Raad een arrest (ECLI:NL:HR:2017:309) waarin hij in een obiter dictum opmerkte dat degene die zijn eigendom door verjaring aan een bezitter te kwader trouw was verloren mogelijk een vordering uit onrechtmatige daad heeft en bij wijze van schadevergoeding in natura levering van de verloren zaak kan vorderen. Dat arrest heeft het stof doen opwaaien. In het arrest dat de Hoge Raad waarschijnlijk op 20 januari 2023 zal wijzen wordt een nadere invulling van de criteria kwade trouw en wetenschap gevraagd en komt aan de orde of met de schadevergoeding in natura niet leidt tot ongerechtvaardigde verrijking van de gedepossedeerde.



Jurisprudentie

Hoge Raad, 20 januari 2023, ECLI:NL:HR:2023:62
Hoge Raad 24 februari 2017, ECLI:NL:HR:2017:309