Didam II: Hoge Raad: koopovereenkomst in strijd met de ‘Didam-regels’ is niet ongeldig; wel kan schadevergoeding op haar plaats zijn
Een koopovereenkomst die in strijd met de zogenoemde Didam-regels is gesloten, is niet om die reden ongeldig. Wel handelt een overheidslichaam dan in beginsel onrechtmatig jegens een (potentiële) gegadigde die ten onrechte geen gelijke kans heeft gekregen. Daarmee kan schadevergoeding op haar plaats zijn. Dat heeft de Hoge Raad vandaag geoordeeld. Verder maakt de Hoge Raad duidelijk dat de regels over het bieden van gelijke kansen ook al golden voorafgaand aan het Didam-arrest van 2021.
In 2021 oordeelde de Hoge Raad (ECLI:NL:HR:2021:1778) dat een overheidslichaam dat een onroerende zaak wil verkopen, aan iedereen die belangstelling heeft een gelijke kans moet geven om de zaak te kopen. De Hoge Raad heeft daarvoor toen nadere regels geformuleerd, de zogenoemde Didam-regels.* Hogeraad.nl
Jurisprudentie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 4 april 2023, ECLI:NL:GHARL:2023:2796Hoge Raad 15 november 2024, ECLI:NL:HR:2024:1661
Parket bij de Hoge Raad 24 mei 2024, ECLI:NL:PHR:2024:567
Hoge Raad 26 november 2021, ECLI:NL:HR:2021:1778
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 19 november 2019, ECLI:NL:GHARL:2019:9911
Rechtbank Gelderland 16 oktober 2019, ECLI:NL:RBGEL:2019:4618