Verzoek uitleg testament

Een vrouw heeft haar broer tot enig erfgenaam benoemd, uitsluitend voor het geval zij bij haar overlijden nog ‘een gemeenschappelijke huishouding voeren danwel de intentie hebben een gemeenschappelijke huishouding te gaan voeren’. Een ruime periode voor haar overlijden is zij wegens dementie noodgedwongen naar een verpleeghuis verhuisd. De erfgenamen twisten over de vraag of er sprake was van een gemeenschappelijke huishouding op de datum van overlijden. Zij vragen de kantonrechter om een uitleg te geven op basis van art. 96 Rv.



Jurisprudentie

Rechtbank Noord-Holland 19 oktober 2020, ECLI:NL:RBNHO:2020:8355