Hoge Raad schept duidelijkheid over aansprakelijkheidspositie feitelijk beleidsbepaler

Deze zaak gaat over de aansprakelijkheid als feitelijk beleidsbepaler. Deze uitspraak is van belang omdat de Hoge Raad een einde heeft gemaakt aan de onduidelijkheid die bestond over de vraag wanneer iemand nu kwalificeerde als feitelijk beleidsbepaler in de zin van artikel 2:248 lid 7 BW (bestuurdersaansprakelijkheid bij faillissement). Tot deze uitspraak dacht men, mede gebaseerd op de wetsgeschiedenis, dat het formele bestuur terzijde diende te worden gesteld door de feitelijk beleidsbepaler. Dat was best een zware eis en daar werd vaak niet aan voldaan. De Hoge Raad heeft in deze zaak geoordeeld dat er ook sprake kan zijn van een feitelijk beleidsbepaler als daarnaast een of meerdere formele bestuurders hun taak blijven uitoefenen. Dus niet of-of maar en-en. Het zal met deze uitspraak makkelijker worden om een feitelijk beleidsbepaler aansprakelijk te stellen voor het faillissementstekort op grond van onbehoorlijk bestuur.



Jurisprudentie

Hoge Raad 24 maart 2023, ECLI:NL:HR:2023:445