Hoge Raad 5 april 2024 Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 25 maart 2024 Hoge Raad 22 maart 2024 Hoge Raad 15 maart 2024 Hoge Raad 15 maart 2024 Bekijk alles
ECLI:NL:CRVB:2009:BJ7525 Centrale Raad van Beroep 11 september 2009

ECLI:NL:CRVB:2009:BJ7525

Datum: 11-09-2009

Onderwerp: Positieve herstelpresumptie

Rechtsgebiedenregister: Sociaal-zekerheidsrecht, Burgerlijk procesrecht, Arbeidsrecht

Vindplaats: Extern

1) Toekenning WGA-loonaanvullingsuitkering. 2) Weigering IVA-uitkering toe te kennen. Naar het oordeel van de Raad is besluit 2 onvoldoende zorgvuldig voorbereid en gemotiveerd. Tot de gedingstukken behoort een tweetal verklaringen van psychiater M. Çatak. Uit de verklaring van 12 februari 2007 komt naar voren dat appellant op 18 december 2006 voor een intakegesprek bij hem is geweest, maar dat appellant afspraken voor explorerende gesprekken, mogelijk door zijn klachten niet kon nakomen. Uit de verklaring van 22 mei 2008 blijkt dat appellant bij Çatak onder behandeling is met (ernstige) gegeneraliseerde angststoornis. De bezwaarverzekeringsarts is echter niet nagegaan bij deze psychiater wanneer een behandeling is begonnen en welke resultaten eventueel geboekt zijn. Evenmin is onderzocht of wellicht sprake is van een bijzondere omstandigheid, namelijk dat appellant geen autonomie heeft in de keuze om zich voor behandeling te melden. Naar het oordeel van de Raad heeft de bezwaarverzekeringsarts wegens gebrek aan informatie over de behandeling en de achtergrond van de al dan niet autonome keuze van appellant om niet op de behandelafspraken te verschijnen, te snel de conclusie getrokken dat de keuze tussen stap 2.a en 2.b niet kan worden gemaakt. Er kan derhalve nog niet worden gesproken van een situatie dat voor de keuze tussen stap 2.a en 2.b doorslaggevende argumenten ontbreken. De conclusie van de bezwaarverzekeringsarts dat niet besloten kan worden tot een IVA-uitkering is dan ook onvoldoende onderbouwd. Proceskostenveroordeling.

Ga naar uitspraak