Procesrecht. Onmiddellijkheidsbeginsel. Art. 155 Rv. Rechterswisseling; na mondelinge behandeling, tussenarrest en bewijslevering is eindarrest gewezen door drie andere raadsheren; ook de raadsheer-commissaris ten overstaan van wie de getuigenverhoren hadden plaatsgevonden, heeft niet aan het wijzen van eindarrest meegewerkt. Was het hof gehouden om voorafgaand aan het wijzen van het eindarrest een en ander aan partijen mee te delen? Kan in hogere instantie worden geklaagd over het verzuim om te voldoen aan het bepaalde in art. 155 lid 2 Rv? Strijd met art. 6 EVRM? Samenhang met zaak 19/03425.
Spreker(s)
Uitspraken met hetzelfde onderwerp:
-
Proces-verbaal
- Hoge Raad 30 oktober 2020 (ECLI:NL:HR:2020:1711)
-
Art. 30p Rv
- Rechtbank Gelderland 19 oktober 2017 (ECLI:NL:RBGEL:2017:6937)
-
Uitspraak en beschikking
- Hoge Raad 20 april 2020 (ECLI:NL:HR:2020:472)
- Hoge Raad 21 februari 2020 (ECLI:NL:HR:2020:320)
- Hoge Raad 20 april 2018 (ECLI:NL:HR:2018:650)
- Hoge Raad 15 april 2016 (ECLI:NL:HR:2016:662)
-
Rechterswisselingen
- Hoge Raad 31 oktober 2014 (ECLI:NL:HR:2014:3076)
Aanmelden | Hoge Raad 30 oktober 2020
Rechtsgebiedenregister: Verbintenissenrecht, Cassatie, Burgerlijk procesrecht, Personen- en familierecht
Beschikt u al over een AvdR account?
Nieuw bij avdr.nl? Maak een account aan