De rechtbank is van oordeel dat niet voldaan is aan de wettelijke vereisten voor de door de Raad verzochte gezagsbeëindiging. Niet is komen vast te staan dat deze vergaande maatregel noodzakelijk en proportioneel is.
De rechtbank overweegt dat uit de stukken en het verhandelde ter zitting blijkt dat sprake is van een duurzaam verschil van inzicht tussen de GI en de vader en dat een goede samenwerking tussen hen op dit moment niet mogelijk is. Het feit dat de vader zich niet kan vinden in de visie van de GI en daardoor de keus heeft gemaakt om geen direct contact met de GI te hebben, brengt volgens de rechtbank echter niet noodzakelijkerwijs mee dat gezagsbeslissingen niet meer op een adequate manier genomen kunnen worden.
Voorts overweegt de rechtbank dat niet is gebleken dat een gezagsbeëindiging zal leiden tot meer rust en een mindere belasting van de minderjarige door de vader. Weliswaar zal de GI in mindere mate de vader bij de hulpverlening hoeven te betrekken, maar zoals de Raad terecht stelt blijft bij een gezagsbeëindiging de vader een rol in het leven van de minderjarige spelen. Van een houding van de vader ten gevolge waarvan gezagsbeslissingen door de vader geblokkeerd worden is niet gebleken. De Raad en de GI konden ter zitting desgevraagd geen concrete voorbeelden geven van een situatie waarin vanwege de opstelling van de vader geen gezagbeslissing genomen kon worden. De rechtbank neemt hierbij ook in aanmerking dat het kind tegen de kinderrechter heeft gezegd inmiddels zijn eigen weg te hebben gevonden in de situatie met zijn vader en dat hij denkt dat de situatie en hetgeen hij van zijn vader moet horen juist zal verergeren bij een gezagsbeëindiging. Tot slot overweegt de rechtbank dat de noodzaak om helderheid te krijgen over het toekomstperspectief van het kind niet meer aan de orde is. Zowel de ouders als het kind weten al jaren dat er toegewerkt wordt naar zelfstandig wonen en dat hij niet meer naar een van de ouders zal terugkeren.
Uitspraken met hetzelfde onderwerp:
-
Gezagsbeëindiging
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 21 oktober 2021 (ECLI:NL:GHARL:2021:10077)
- Gerechtshof Den Haag 20 oktober 2021 (ECLI:NL:GHDHA:2021:2067)
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 30 september 2021 (ECLI:NL:GHARL:2021:9275)
- Gerechtshof Den Haag 25 augustus 2021 (ECLI:NL:GHDHA:2021:1601)
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 27 juli 2021 (ECLI:NL:GHARL:2021:7199)
-
Gezagsbeëindiging
- Europees Hof voor de Rechten van de Mens 10 september 2019 (ECLI:CE:ECHR:2019:0910JUD003728313)
-
Hoge Raad 22 januari 2021 | Beëindiging gezag
- Hoge Raad 22 januari 2021 (ECLI:NL:HR:2021:108)
Aanmelden | Rechtbank Noord-Holland 2 juni 2021
Rechtsgebiedenregister: Personen- en familierecht, Jeugdrecht civiel
Beschikt u al over een AvdR account?
Nieuw bij avdr.com? Maak een account aan