Hoge Raad 16 juni 2020 ECLI:NL:HR:2020:1048

In deze beschikking formuleert de Hoge Raad regels over de manier waarop opsporingsdiensten moeten omgaan met geheimhouderstukken (stukken van bijvoorbeeld advocaten) die in beslag worden genomen. Met name geeft de Hoge Raad aan hoe moet worden omgegaan met de situatie waarin sprake is van een grote hoeveelheid (digitale) stukken of gegevens die mogelijk onder het verschoningsrecht vallen en desbetreffende stukken of gegevens in relatie lijken te staan tot verschillende geheimhouders. Deze uitspraak is geselecteerd omdat het een probleem betreft dat veelvuldig voorkomt en het openbaar ministerie zich steeds minder gelegen lijkt te laten liggen aan het verschoningsrecht van advocaten. Sterker, het voert de afgelopen jaren herhaaldelijk campagnes om dat verschoningsrecht vergaand te minimaliseren.



Jurisprudentie

Hoge Raad 16 juni 2020, ECLI:NL:HR:2020:1048