Hoge Raad 28 mei 2019, ECLI:NL:PHR:2018:600
HR bespreekt aan de hand van zijn eerdere rechtspraak t.b.v. rechtspraktijk enige aandachtspunten die bij beoordeling vordering b.p. een rol kunnen spelen. Daarbij gaat HR nader in op het begrip ‘rechtstreekse schade’, schade die voor vergoeding aan b.p. in aanmerking komt - waaronder vermogensschade, immateriële schade en ‘affectieschade’ en ‘verplaatste schade’ (uitbreiding per 1-1-2019) -, wettelijke rente, hoofdelijke aansprakelijkheid, proceskosten, beoordeling en beslissing rechter en schadevergoedingsmaatregel.