In het geval de werknemer niet op staande voet is ontslagen of diens arbeidsovereenkomst niet wegens een dringende reden is ontbonden, kan er toch sprake kan zijn van verwijtbare werkloosheid als bedoeld in artikel 24, tweede lid, aanhef en onder a WW. Niet de ontslagroute die de werkgever heeft gekozen, maar de ontslagreden is daarvoor bepalend (LJN BH2387). De werkgever heeft geen redenen aanwezig geacht om de werknemer wegens een dringende reden te ontslaan, zodat niet is gebleken van een zo ernstige gedraging dat voor die werkgever een situatie was ontstaan die een ontslag op staande voet rechtvaardigde.
Uitspraken met hetzelfde onderwerp:
-
- Centrale Raad van Beroep 22 juni 2021 (ECLI:NL:CRVB:2021:1475) Dringende redenen
- Centrale Raad van Beroep 7 november 2018 (ECLI:NL:CRVB:2018:3469) Dringende redenen
-
- Centrale Raad van Beroep 22 december 2020 (ECLI:NL:CRVB:2020:3345) Dringende redenen
Aanmelden | Centrale Raad van Beroep 18 februari 2009
Rechtsgebiedenregister: Arbeidsrecht