Hoge Raad 5 april 2024 Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 25 maart 2024 Hoge Raad 15 maart 2024 Hoge Raad 15 maart 2024 Gerechtshof Den Haag 12 maart 2024 Bekijk alles
ECLI:NL:GHARL:2017:7983 Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 12 september 2017

ECLI:NL:GHARL:2017:7983

Datum: 12-09-2017

Onderwerp: Art 81 RO

Rechtsgebiedenregister: Arbeidsrecht

Vindplaats: Extern

Wwz zaak. Werknemer is zonder toestemming van werkgever met vakantie gegaan, na eerder te zijn gewaarschuwd voor de consequenties daarvan. Ontslag op staande voet. Geen herstel arbeidsovereenkomst. Ook het verzoek van werknemer tot betaling van een vergoeding wegens onregelmatige opzegging is niet toewijsbaar. Hetzelfde geldt voor het verzoek tot betaling van een billijke vergoeding. Het verzoek tot betaling van de transitievergoeding is evenmin toewijsbaar, nu het eindigen van de arbeidsovereenkomst het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen van werknemer (artikel 7:673 lid 7 aanhef en sub c BW). Nu werknemer door opzet of schuld aan werkgever een dringende reden heeft gegeven, is hij, nu werkgever van die dringende reden gebruik heeft gemaakt om de arbeidsovereenkomst onverwijld op te zeggen, aan werkgever ingevolge artikel 7:677 lid 2 BW een schadevergoeding verschuldigd.

Ga naar uitspraak