Parket bij de Hoge Raad 30 september 2024 Rechtbank Noord-Holland 28 augustus 2024 Rechtbank Amsterdam 10 juli 2024 Rechtbank Zeeland-West-Brabant 10 juli 2024 Raad van State 5 juli 2024 Bekijk alles
ECLI:NL:HR:2013:959 Hoge Raad 15 oktober 2013

ECLI:NL:HR:2013:959

Datum: 15-10-2013

Onderwerp: Roekeloosheid anno 2020

Overige onderwerpen: Roekeloosheid

Rechtsgebiedenregister: Arbeidsrecht, Strafrecht

Vindplaats: Avdr.nl


Art. 6 en 175 WVW 1994. Schuld in de zin van roekeloosheid. De HR herhaalt de toepasselijke overwegingen uit ECLI:NL:HR:2012:BU2016. Bij de toetsing in cassatie van beslissingen in concrete gevallen, waarbij de HR slechts tot op zekere hoogte duidelijkheid kan verschaffen omtrent de inhoud van het begrip roekeloosheid, kan een rol spelen of de rechter zijn oordeel dat sprake is van roekeloosheid a.b.i. art. 175.2 WVW 1994, heeft voorzien van een nadere motivering die recht doet aan het bijzondere karakter van roekeloosheid. Van roekeloosheid als zwaarste, aan opzet grenzende, schuldvorm zal immers slechts in uitzonderlijke gevallen sprake zijn. Daarbij verdient opmerking dat "roekeloosheid" in de zin van de wet een specifieke betekenis heeft die niet noodzakelijkerwijs samenvalt met wat in het normale spraakgebruik onder "roekeloos" - in de betekenis van "onberaden" - wordt verstaan. Om tot het oordeel te kunnen komen dat in een concreet geval sprake is van roekeloosheid a.b.i. art. 175.2 WVW 1994, zal de rechter zodanige f&o moeten vaststellen dat daaruit is af te leiden dat door de buitengewoon onvoorzichtige gedraging van de verdachte een zeer ernstig gevaar in het leven is geroepen, alsmede dat de verdachte zich daarvan bewust was, althans had moeten zijn. In dit verband volstaat doorgaans niet de enkele vaststelling dat de verdachte zich heeft schuldig gemaakt aan een of meer in art. 175.3 WVW 1994 genoemde, zelfstandig tot verhoging van het wettelijk strafmaximum leidende gedragingen. Het Hof heeft zijn oordeel dat te dezen sprake is van roekeloosheid voorzien van een motivering als hiervoor bedoeld. V.zv. het middel klaagt dat die motivering tekortschiet, faalt het.

Ga naar uitspraak
Spreker(s)

mr. Tosca Urbanus

advocaat Jebbink Soeteman Advocaten