Bij besluit van 14 januari 2019 heeft de burgemeester van Utrecht gelast het bedrijfspand aan de [locatie] in Utrecht per 1 februari 2019 gedurende twaalf maanden in zijn geheel te (laten) sluiten. [wederpartij] exploiteerde in het bedrijfspand aan de [locatie] een garagebedrijf onder de naam [bedrijf]. In deze garage kunnen particulieren een werkplaats huren. De burgemeester heeft op grond van artikel 2:46, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening Utrecht 2010 en met toepassing van de Beleidsregel sluiting van voor het publiek openstaande gebouwen besloten tot sluiting van het bedrijfspand voor de duur van twaalf maanden. Daaraan heeft de burgemeester ten grondslag gelegd dat [wederpartij] met zijn garage criminele activiteiten faciliteert.
Spreker(s)
Uitspraken met hetzelfde onderwerp:
-
- Raad van State 24 december 2019 (ECLI:NL:RVS:2019:4391) Verordenende bevoegdheid raad
-
- Hoge Raad 13 oktober 2015 (ECLI:NL:HR:2015:3031) OM-cassaties
Aanmelden | Raad van State 23 september 2020
Rechtsgebiedenregister: Bestuursrecht